De Inspectie SZW doet opnieuw een Oasis of the Seas, maar dan in een net iets ander situatie. Je zou toch denken dat de uitspraak van de rechtbank Den Haag volstrekt helder was. Even los van het beweerde negeren van Inspectie SZW vorderingen (wat natuurlijk niet verstandig is omdat deze zelfstandig beboet kunnen worden) en eventuele andere specifieke feiten en omstandigheden, kunnen alle werkgevers in de zin van de Wet arbeid vreemdelingen een beroep doen op de navolgende bepaling in artikel 1, lid 1 aanhef en onder b. van het Besluit uitvoering Wet arbeid vreemdelingen:
“Het verbod, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wet arbeid vreemdelingen [verbod om te werken zonder werkvergunning, BJM] is niet van toepassing met betrekking tot een vreemdeling: […]
b.
die zijn hoofdverblijf buiten Nederland heeft en geen arbeidsovereenkomst heeft met een in Nederland gevestigde werkgever en uitsluitend arbeid verricht op buiten Nederland geregistreerde vervoermiddelen in het internationale verkeer;”
Het kan maar duidelijk zijn.